Er zijn drie soorten overtredingen die u als treinreiziger kan maken:

1. Strafrechtelijke inbreuk

Dit zijn overtredingen op ‘de wet op de politie van de spoorwegen van 29 mei 2018’. De straf is een gevangenisstraf van acht dagen tot vijf jaar en/of een geldboete van minstens 26 euro. Deze zaken gaan via de rechtbank.

Een voorbeeld: binnen de twaalf maanden tien keer betrapt worden op zwartrijden.

2. Gemengde inbreuk

Bij een ‘gemengde’ overtreding kan het twee kanten uit: ofwel gaat het parket u vervolgen (zoals hierboven in punt 1), ofwel vervolgt het parket u niet en dan krijgt u een administratieve boete (zoals hieronder in punt 3).

Dit gaat over vuilmaken of kapotmaken, ongepast gedrag en geweld.

3. Gedepenaliseerde inbreuk

Dit zijn de administratieve boetes. De spoorwegondernemingen geven dan niet alleen de boete, ze bepalen ook de straf.

Een voorbeeld: het niet tonen van een vervoerbewijs aan de treinbegeleider (en maximaal de negende keer binnen de twaalf maanden).


Er bestaan vier soorten van administratieve boetes:

Categorie 1

Standaard: 50 euro
2de inbreuk binnen het jaar: 75 euro
Vanaf de derde inbreuk binnen het jaar: 150 euro
Bijvoorbeeld: roken waar dit verboden is.

Categorie 2

Standaard: 100 euro
2de inbreuk binnen het jaar: 250 euro
Vanaf de derde inbreuk binnen het jaar: 350 euro
Bijvoorbeeld: in of uit de trein stappen wanneer dit niet meer mag.

Categorie 3

Standaard: 250 euro
Vanaf de 2de inbreuk binnen het jaar: 500 euro
Bijvoorbeeld: reizen zonder (geldig) vervoersbewijs.

Categorie 4

Standaard: 300 euro
Vanaf de 2de inbreuk binnen het jaar: 500 euro
Bijvoorbeeld: vandalisme.

Een administratieve boete voor een minderjarige (van 14 tot 18 jaar) mag niet hoger zijn dan 175 euro.


Enkel spoorwegondernemingen met een taak van publiek belang, zoals het organiseren van collectief openbaar vervoer, mogen administratieve boetes geven. Op dit ogenblik zijn dit in België enkel de NMBS, die het spoorvervoer voor reizigers organiseert, en Infrabel, die de spoorweginfrastructuur beheert. Zo kan Infrabel boetes geven voor onder andere spoorlopen en gevaarlijke constructies of hoge bomen die te dicht bij de sporen staan.

Uitsluitend commerciële spoorwegondernemingen zoals Thalys en Eurostar kunnen dus geen administratieve boetes opleggen.


Wordt u op een trein van de NMBS betrapt op het reizen zonder (geldig) vervoerbewijs, dan volgt er eerst een ‘minnelijke fase’.

De treinbegeleider die vaststelt dat u reist zonder (geldig) vervoerbewijs geeft u een elektronisch kaartje (RFID) met daarop een ‘regularisatie’. Lezen wat daarop staat, kan enkel met de hulp van een treinbegeleider, een loketmedewerker, een verkoopautomaat of de website van de NMBS.

De boete van 75 euro die op het kaartje staat, moet u binnen de 14 kalenderdagen betalen. Betaalt u niet, dan kan de NMBS u een (niet-aangetekende) herinneringsbrief sturen.

Betalen betekent (in principe) dat u akkoord gaat met de boete. Met een betaling stopt alles.

Als u niet akkoord gaat met de boete, dan kan u een klacht indienen bij de NMBS. Kan u haar alsnog overtuigen, dan stopt alles. U hoeft dan niets te betalen.

Wanneer u niet betaalde en de NMBS aanvaardt uw (eventuele) bezwaar niet, dan eindigt de minnelijke fase en start de administratieve procedure (zie het volgende punt). De NMBS moet u dit met een aangetekende brief laten weten.

Opgelet: contacteer ons zo snel mogelijk als u niet akkoord gaat met een boete en wilt dat Ombudsrail bemiddelt. Onze (eventuele) tussenkomst werkt opschortend in de minnelijke fase. Dit betekent dat de NMBS de administratieve procedure niet kan starten zolang wij bemiddelen.



Met de administratieve procedure kan een spoorwegmaatschappij u dwingen om te betalen.

Het begint met een aangetekende brief van de spoorwegmaatschappij. Daarin moet het volgende staan:

  • de feiten (waarom u de boete krijgt);
  • de mogelijke straf;
  • dat u binnen de dertig dagen een bezwaar (klacht) kan indienen met een aangetekende brief (minderjarigen mogen dit ook mondeling doen);
  • dat u recht heeft op de hulp van een advocaat;
  • dat u het recht heeft om te lezen wat er in uw dossier staat;
  • een kopie van ‘het proces-verbaal’ of ‘de vaststelling’.

Als de spoorwegmaatschappij uw bezwaar aanvaardt, stopt alles. U hoeft dan niets meer te betalen. Als de spoorwegmaatschappij uw bezwaar niet aanvaardt of als de dertig dagen om bezwaar aan te tekenen voorbij zijn, dan krijgt u een administratieve boete.

Als u een administratieve boete krijgt, zijn er voor u drie mogelijkheden:

  1. U betaalt.
  2. U stapt zelf naar de rechtbank (u kan hulp vragen aan een advocaat). Hiervoor moet u binnen de maand een verzoekschrift indienen bij de politierechtbank of, voor minderjarigen, bij de jeugdrechtbank.
  3. U betaalt niet en stapt ook niet naar de rechtbank. Na één maand kan de spoorwegmaatschappij een gerechtsdeurwaarder inschakelen voor een ‘gedwongen tenuitvoerlegging’ (inbeslagname en openbare verkoop van uw bezit).

Hier vindt u informatie over advocaten.

Opgelet: als de spoorwegmaatschappij de aangetekende brief verzendt, werkt onze tussenkomst niet (meer) opschortend. Ombudsrail kan bemiddelen maar de administratieve procedure gaat gewoon verder. Daarom is het belangrijk om zo snel mogelijk onze bemiddeling te vragen.

U vindt ons hier.